dinsdag 16 november 2010

We zijn vertrokken

De volledige route van de reis is te zien als je hier klikt


15/11
Na een prettige vlucht met Cathay Pacific en een prima verzorging aan boord zitten we nu in Hong Kong op onze verbinding te wachten naar Denpasar.
Onze chauffeur staat te wachten en na een rit van 3,5 uur arriveren we in Menjangan in het noordwesten van Bali.

De rit is zeker niet kort maar staat gelijk aan een prachtige rijtour langs dorpen en sawa’s . We hebben ons verbaasd over het grote aantal brommers dat kriskras als horzels om ons heen joeg en toen het tijdens het laatste uur van de rit donker werd verbaasden we ons nog meer over het feit dat een groot deel van die brommers bereden werd door hele jonge jongens en meiden die zonder helm en onverlicht over de niet al te brede en onverlichte rijweg ons tegemoet kwamen of zelfs inhaalden.

16/11
Het  Menjangan Resort ligt verscholen in het bos dat deel uit maakt van West Bali National Park. het is hier 7 uur later dan in Holland en dus waren we na een goede nachtrust al voor 5 uur wakker. Dat was helemaal geen straf omdat de natuur ook begon te ontwaken met de mooiste vogelzang die we ooit gehoord hebben.


Het ontbijt werd geserveerd bij de “Bali Tower” , dit is het restaurant dat bij het resort hoort. Na het ontbijt werden we opgehaald door onze gids om te gaan snorkelen een stuk uit de kust bij Menjangan Island.

Dit schijnt het snorkel-paradijs van Bali te zijn. Een meter of 20 vanaf het strand gaat de bodem steil honderd meter omlaag en er is daar prachtig koraal en ongelooflijk veel vis. Snorkelend langs de afgrond zagen we dieper ook veel grotere soorten vis. Schitterend!!

De rest van de dag brengen we nu door in het zwembad bij onze kamer. Morgen krijgen we de rest van de “package” , eerst een paar uur kajakken langs de mangrove-bossen aan de kust en daarna een gegidste wandeling door het nationaal park.

17/11


Nog even iets over de “Bali Tower” , de toren is opgebouwd met 5 st. 33 mtr lange “bankirai” stammen ,een hardhout soort uit Borneo met een doorsnee van 80 cm en men is er trots op dat de stammen vanaf de openbare weg met handkracht van 200 sjouwers op zijn plaats zijn gebracht. E.e.a. om te voorkomen dat er een weg gekapt zou moeten worden als men de stammen op een mechanische manier had moeten vervoeren. Dit zou niet in overeenstemming zijn met de ecologische doelstellingen van het resort. De toren heeft 4 verdiepingen en op de bovenste krijgen we vanavond een traditioneel “Nasi Kampung Pejarakan” afscheidsdiner, maar is tot onze verrassing omgedoopt tot "42e huwelijksdag" diner ,dit kwam omdat dochterlief Sandra naar Bali had gemaild dat haar oudjes iets te vieren hadden ( 1,5 maand te vroeg is trouwens voor de Balinezen en ook voor ons geen enkel probleem). Zoals te zien op de foto zijn de zijkanten helemaal open en je waant je tussen de boomtoppen.
Inmiddels hebben we 1,5 uur in een kajak gezeten, dit was prachtig om te doen langs de mangroves, maar ook lang genoeg omdat mijn rug niet zo heel erg kajak-bestendig bleek.

Het transport op het resort vindt plaats met een open truck, de afstanden zijn best nog wel aardig groot, alleen van onze kamer naar de tower is net een mooie wandeling.


18/11
Gister namiddag hebben we dus die forest trek nog gehad. De gids, een pas afgestudeerde bioloog, wist veel te vertellen over bomen en planten die we tegen kwamen. Zo leer je bomen kennen waarvan het blad gebruikt wordt om nagels te polishen, een ander waar een preparaat van gemaakt wordt tegen diabetes en weer een ander waar de inlanders een drankje van maken dat dagelijks ingenomen wordt en waardoor hun bloed onaantrekkelijk wordt voor insecten, en wij maar smeren met de Autan die de gids mee had en wij meer dan nodig hadden toen we aan de landzijde van de mangroves aankwamen. Wat we daar zagen vonden we eigenlijk nog het leukste van de hele trip. Ik bedoel niet het vele plastic afval op de vloedlijn (waarvan de Balinezen zeggen dat het uit Java komt) maar de amfibie-visjes die bij onze nadering zich letterlijk uit de voeten maakten. Diertjes van een centimeter of 10 tot 15 met een vissenkop en achterpootjes. Ze rennen over het water bij onraad en duiken onder of gaan op een half verzonken steen zitten. Ze hebben een perfecte camouflage, je ziet ze pas als ze gaan rennen ( ik snap eigenlijk niet hoe de evolutie deze combinatie bedacht heeft).
Een ander opvallend fenomeen waren de gaten in de grond die gemaakt zijn door landkrabben. Hun vijand ter plaatse zijn de apen (makaken), die hebben geleerd om hun staart in zo’n gat te laten zakken en langzaam de krab die toegebeten heeft omhoog te trekken en te verorberen.
Vanmorgen hebben we het Menjangan resort verlaten en zijn door de chauffeur van het resort afgeleverd op het volgende adres in Seminyak vlakbij Denpasar. Het was dus dezelfde weg als heen maar we hebben hem toch weer heel anders beleefd. Heen waren we vermoeid en hebben deels in de schemering gereden. 
We hebben nu onderweg een koffie-annex cacaoplantage bezocht, het was interessant, we hebben heerlijke koffie geproefd. Vervolgens wilde de alleraardigste vrouwelijke manager ons van alles aansmeren zoals saffraan, vanille en nog veel meer oosterse kruiden, maar gelukkig begreep ze donders goed dat volgende week naar Australie niks meegenomen mag worden. 
Het resort waar we nu zitten is een beetje te luxe. De manager had besloten om ons de dubbele variant van de accommodaties te geven. Alles is groter dan ik geboekt had, en komt erg weldadig over. Het grote zwembad en zitruimte is zeer prettig, maar de extra slaapkamer is na 42 jaar nog steeds overbodig. Afra ligt nu in het zwembad bij te komen van de schrik. Ik vermoed echter dat Sandra ook hier de hand in heeft, ik kan haar raadselachtige sms'je  "jullie zijn her en der 40 jaar getrouwd" anders niet goed plaatsen. Hoe dan ook we genieten er van en we komen er nog wel eens achter. Morgen worden we opgehaald door een vriendje van onze chauffeur en die rijdt ons naar de mooiste plekjes aan deze kant van Bali. De prijs voor een hele dag auto,brandstof en chauffeur is US$ 50,- daar gaan we dus niet zelf voor rijden.


19/11
We werden om 9.00 ur opgehaald door onze chauffeur en spraken globaal af wat we allemaal zouden gaan doen die dag. Het zou een volle dag worden. Eerst reden we naar plaatsjes in midden Bali waar veel handwerk te zien is . Het lijkt er op dat veel specialisaties zijn samengeklonterd in de div. dorpen.
De eerste stop was een batikwerkplaats, het pure handwerk levert prachtige stoffen op die veel mooier (en duurder) zijn dan al het fabrieksmatige wat je tegen komt op markten enz. In dit plaatsje leek het dat bijna iedereen zich bezig hield met batik al zag je natuurlijk ook wel andere bezigheden.

De volgende stop was in een plaatsje waar het accent op houtbewerking lag. Prachtige dingen, maar behoorlijk aan de prijs. Ze bieden je onmiddellijk aan dat er onderhandeld mag worden en de kunst is dan te achterhalen waar de limiet ligt. Zo hebben we bij de volgende stop in een plaatsje met veel zilversmeden een ringetje gekocht voor de halve vraagprijs ( zal gerust nog wel te veel zijn geweest).
Als laatste bezochten we een plaatsje waar zich veel schilders hebben gevestigd. Het idee is dat de “samenklonteringen” leiden tot doelmatiger koopgedrag. Als je bijv. houtsnijwerk wilt kopen dan ga je dus naar dorp x en je hebt alle keus. De keerzijde is natuurlijk dat het allemaal erg commercieel wordt en een deel van het authentieke Bali op deze manier wellicht verdwijnt.
Hierna vertrokken we noordwaarts om de vulkaan “Gunung Batur” te zien. Onderweg liepen we vast in een politiefuik. Iedereen die toeristen vervoert mag een klein gedeelte van zijn/haar dagwinst met de politie delen. De bijdrage is 10000 roepia (+/-0,90 euro), weigering levert een boete op van 100000 roepia, we zagen niemand weigeren. Het werd allemaal heel verdekt gedaan, je vouwt je briefje van 10000 in je rijbewijs en je overhandigt het, zichtbaar geld overhandigen is er dus niet bij.(illegaal) “Zo gaat dat hier “ zei onze chauffeur. De politie moet ook wel, het is nou eenmaal het systeem, als je wilt worden toegelaten tot de politieacademie dan betaal je omgerekend tussen de 10.000 en 12.000 Euro !!. De hele familie ligt jaren plat voor je en je hebt dus een behoorlijke schuld af te betalen.
De vulkaan is nog actief maar daar is weinig van te zien. Het is een indrukwekkende berg en door de lunch te gebruiken op een mooi plekje konden we hem met het naast gelegen Batur meer (dit meer is de belangrijkste irrigatiebron voor Midden-en Oost Bali) een uurtje bewonderen.

Hierna reden we terug naar Seminyak, passeerden prachtige sawa’s (de derde oogst dit jaar was net binnen), deden onderweg nog een tempelcomplex aan en hebben 2 uur rondgelopen in het plaatsje Ubud. Dit is een typische toeristenplaats met een zeer uitgebreide markt en veel galeries.

Het was leuk te zien hoe bij de tempel in Ubud jonge meisjes les kregen in traditionele dansen.
Thuis gekomen kwam er een telefoontje van de lobby met de mededeling dat er een mailtje was binnen gekomen in een voor hen onbegrijpelijke taal. Het bleek een voucher te zijn voor een "Balinese" massage voorzien van commentaar door Sandra, het was volgens haar weer tijd voor een verrassing .Ik heb haar uiteraard een mailtje terug gestuurd, maar ik wens bij deze iedereen zo'n dochter toe. Morgen staat in het teken van de massages. We hebben nog een "welkomsmassage" en een "Spa-treatment" tegoed, dus de "Balinese" van Sandra wordt gepland voor overmorgen, de dag voor we vertrekken naar Australie. Ik beloof jullie dat we daar weer "gewoon" zullen gaan doen.


20/11
Vandaag was een relaxdag. Na het ontbijt de blog bijgewerkt (Ik vind het bloggen leuk om te doen, je beleeft alles als het ware  nog een keer en het gaat alleen maar ten koste van mijn leestijd), wat gelezen en een beetje gezwommen. Om 11:00 de massages en ‘s middags naar het strand. 
Seminyak heeft net als Kuta en Legian een prachtig breed strand. Het lauwe water en de mooie golven lokten ons steeds weer naar het water. We huurden ligstoelen met parasol en het was heerlijk toeven daar.  Ik was vergeten te onderhandelen over de prijs van omgerekend 4,5 euro , maar toen we weg gingen bedong ik alvast korting voor de volgende keer omdat we er nu maar een paar uurtjes gebruik van maakten. Het mannetje ging direct akkoord, zal mij benieuwen. Toen we ’s avonds terug kwamen van een restaurant hadden we “Skype” contact met mijn moeder die jarig (86) was. Jammer dat we een kwartiertje te laat waren, anders hadden we nog een paar ooms en tantes kunnen begroeten.


21/11
Vanmorgen kregen we het restant van het massageprogramma, het verschil met gisteren was niet zo groot, het moet blijkbaar allemaal een naam hebben, maar wel erg prettig. Na de middag gingen we naar Kuta markt en shops, het strand van Kuta is dichtbij en daar hebben we wat rondgelopen. Dan kun je grappige waarnemingen doen. Een stel mensen liep ons voorbij, hij Engels (Australisch ? )en rond de 50,zij Balinese en rond de 25. Zij heeft een voorwerp in de hand en hij vraagt met een gezicht waar ontevredenheid uit sprak “hoeveel betaalde je er voor ?" en zij antwoordt terwijl zij aanhankelijk tegen hem aan vleit “maar 15000” , hij : “veel te veel”
Zij: “je gunt me niks vandaag” , ik vertel het Afra, wij lachen.
Langs de Kuta boulevard, iemand zei dat dit het Torremolinos van Bali is, staan overal frisdrank en bierverkopers. Iedereen vraagt of je wil komen zitten en drinken. De inlanders die dat niet vragen, vragen weer of je iets wil kopen, er wordt met van alles gevent.
Tijdens een wandeling door het gebied waar de meeste shop’s staan was het leukste om te zien een ceremoniële optocht van hindoes met offerandes


22/11
Gisteravond geskyped met Sandra, leuk om ook de kleintjes weer te zien. Later op de avond voor het laatst onder de volle maan in ons zwembad gelegen.We gaan koffers pakken, om 12 uur appartement uitchecken, vanmiddag moeten we wat tijd doden, we worden dan naar het strand gebracht, in de namiddag terug gehaald, kunnen dan douchen in de Spa, eten wat en worden naar de luchthaven gebracht. Om 22:00 vertrekken we voor een nachtvlucht naar Sydney. Volgende blog vanuit Australie !!


23/11
Zo, de verwennerij in Bali zit er op !
Om 22:00 vertrekken + 3 uur tijdsverschil hield in dat wij rond 07:00 in Sydney arriveerden.
Ik had dus bedacht dat een nachtvlucht handig zou zijn omdat je dan geen reisdag kwijt bent.(de enige rechtstreekse vlucht met Jetstar Airlines is een nachtvlucht, de dagvluchten gaan via Cairns en/of Darwin en duren dus nog langer)  Dat was een kleine misrekening. In de praktijk slaap je nauwelijks aan boord en als je dan rond 09:00 eindelijk in de huurauto zit en je hebt alleen maar water gehad sinds het laatste avondmaal in Bali dan begrijpt een ieder dat wij een beetje gammel waren. We hadden trouwens problemen bij de immigratie. Ik had destijds via internet visums geregeld maar met het paspoort van Afra een O en een nul door elkaar gehaald. Het hoofd Immigratie werd er bij gehaald en iedereen keek bedenkelijk. Toen ik het hoofd uitlegde dat oudere grijze mensen met weinig computerervaring zo’n fout héél gemakkelijk kunnen maken kwam er een brede grijns op z’n gezicht en hij maakte persoonlijk een nieuw document. 
We hebben een eenvoudig hotel niet te ver van het centrum waar we ons konden opfrissen. Daarna eerst eens wat gegeten ( het barst in deze wijk van de restaurantjes) , met de monorail het gebied rond Darling Harbour bekeken, elkaar betrapt op knikkebollen toen we even op een bankje zaten en daarom maar terug gewandeld naar het hotel.
We hebben wat slaap ingehaald en toen in China Town ,2 blokken verder, lekker gegeten.
Morgen gaan we de andere highlights van Sydney bekijken.


24/11
Heerlijk uitgeslapen verlieten we om 10:00 uur het hotel en wandelden richting de Harbour Bridge. 
Onderweg hebben we ergens buiten op een terrasje onder de monorail ontbeten. Toen de brug in zicht kwam waren er direct herinneringen van 8 jaar geleden toen ik daar met mijn oom was en met hem de “Bridge Climb” heb gedaan.
De “brugwandeling” gaat aan de rechterzijde omhoog, boven steek je over en aan linkerzijde daal je weer af. Op de foto   is te zien hoe een groep aangelijnde klimmers aan het afdalen is(op de foto klikken voor een vergroting en de foto heb ik genomen vanaf de top van een van de granieten pylons). Het was destijds een geweldige beleving. We hebben de brug uitvoerig bekeken, het is echt een fantastisch bouwwerk, hierna wandelden we via “the Rocks”, het oudste gedeelte van Sydney’s haven ( hier hebben we uiteraard een biertje gedronken) , naar “Circular Quay” .
Dit is de plek waar alle ferry’s en harbourcruises vertrekken. Hier hebben we een jetferry genomen die een heel eind richting de zee voer en tussenstops had. Onderweg was er allerlei uitleg over bezienswaardigheden zoals bijv. de mooiste locaties om te wonen. In het mooiste gedeelte is niets te koop beneden de 20 miljoen AU$ !!!
Hierna kreeg Opera House onze bewonderende blikken. Het is hier trouwens prachtig weer, een graadje of 25 en volop zon .
We zijn terug gewandeld via Hyde Park en de drukke winkelstraat Pitt Street waar de vreemd aandoende kerstsfeer (volop zomer toch ? )al nadrukkelijk aanwezig was. Op verschillende plekken waren er optredens van amateur musici, zoals bijv. zie :
http://www.youtube.com/watch?v=eGcfhhyEmGM
We hebben de dag besloten door te eten in een pub. Morgen pakken we de auto richting Blue Mountains.


25/11
Zus Anny woonde met haar gezinnetje 20 jaar geleden in Glenfield, een klein plaatsje waar we ongeveer langs zouden komen op weg van Sydney naar Katoomba. We zijn dus maar eens gaan kijken hoe het door henzelf gebouwde huis er nu uit ziet. (destijds waren wij nooit in de gelegenheid om naar Australie te gaan) We kunnen alleen maar zeggen dat Glenfield een mooie en rustige plaats is en hun huis er nog staat (foto naar Anny gestuurd) 
Aangekomen in Katoomba wachtte ons opnieuw een verrassing van Sandra (is 3x scheepsrecht San? ) Een heerlijk stukje chocolade met een leuke boodschap. Daarna zijn we de omgeving wat gaan verkennen. Morgen en overmorgen maken we een uitgebreide trip in dit gedeelte van de Blue Mountains gebruik makend van een “hop on, hop off “ bus systeem.
Op een kwartiertje lopen van ons GuestHouse zijn de grootste trekpleisters al te zien, namelijk de“3 Sisters”. Anny stuurde een foto van een bepaalde lookout plek met op de achtergrond een bosbrand. Zij daagde mij uit om dezelfde foto terug te sturen, maar dan zónder bosbrand. We zouden dan als beloning t.z.t. een borrel krijgen. Nou heb ik helaas mijn photoshop programma niet op de laptop geinstalleerd en kan dus niet de brand uitgummen. We zijn maar gaan zoeken en hebben de plek gevonden. Omdat wij altijd erg gesteld zijn op een gratis borrel bij zus en zwager hebben we die foto vanmiddag direct genomen en gemaild :-) .
Morgen zien we nog veel meer mooie dingen in de Blue Mountains, het belooft een prachtige dag te worden.


26/11
Gisteren in Katoomba bij de Italiaan gegeten. Weer in aanraking gekomen met iets wat we al kenden van de vorige keer, maar in Nederland onbekend namelijk BYO (Bring Your Own). Het restaurant heeft dan een licentie zónder alcohol en je mag je eigen flesje wijn meenemen. De Bottleshop was in dit geval 3 deuren verder en er was een ruime keuze. Vandaag hebben we nog niet de “hop on, hop off” gebruikt maar hebben in de buurt van de “3 Sisters” de hele dag doorgebracht, wandelend van de ene plek naar de andere.
Mooi aangelegde paden door het bos (is feitelijk regenwoud ). Prachtige oude bomen en palmen, afgewisseld door varens waar je ( zo is het pad aangelegd) van  boven de zich ontvouwende bladtoppen in kon kijken. We hebben gebruik gemaakt van een “scenic pass” die ons in staat stelde om horizontaal met de “skyway” een groot ravijn over te steken, daarna met de

“railway” uiterst steil naar beneden te gaan , vervolgens een uitgebreid wandelpad te volgen door het regenwoud, daarna met de “cableway” weer omhoog en met de “skyway” weer terug naar de plaats van

vertrek. We hadden al een tijdje oog- en glimlachcontact met een jonge chinees die in zijn eentje aan het lopen was en af en toe iets aan ons vroeg. We troffen hem ook een keertje aan terwijl hij in het bos bezig was met allerlei rituele handelingen. Later haalde hij ons in en we raakten in gesprek. Hij kwam uit Taiwan, was zeer onder de indruk dat ik wist dat dat vroeger Formosa heette, maar had zelf nog nooit gehoord van “Holland”.
Dit verwachtte ik niet, maar ok, niet iedereen hoeft ons landje te kennen toch ? Hij haalde vervolgens een plastic kokertje uit z’n rugzak, maakte het open en haalde een soort hangertje te voorschijn, versierd met chinese tekens , en vertelde dat dit geluk en voorspoed betekent en dat hij het aan ons kado wilde geven. We waren zeer vereerd. Hij is 29 jaar, software engineer en zou morgen terug gaan naar Taiwan. Dit zijn merkwaardige maar leuke ontmoetingen.

Terwijl ik dit zit te schrijven op de veranda van ons onderkomen ontwikkelt zich een onweer op de achtergrond, ben benieuwd of we straks droog naar een restaurant kunnen wandelen.
Morgen gaan we “hoppen” .


27/11
Vandaag is kleinzoon Siem 6 jaar, als ik dit schrijf is hij net wakker en is bij ons de middag al om.
We zijn vanmorgen met een ouderwetse “Trolleybus” ,die hier dienst doet als “Hop on, Hop off”, naar een punt gebracht ongeveer 10 km uit de buurt. We zijn verlost van de hordes Japanners die met busladingen tegelijk bij de “Three Sisters” in de weg lopen (zouden zij dat ook van ons vinden ? ). De een heeft nog duurdere bergschoenen aan als de ander, maar ze doen geen stap buiten de betonnen paden. Wij hebben heerlijk zo'n 8 km gewandeld langs de “Prince Henry Cliff Way” en kwamen maar héél af en toe iemand tegen. 
Onderweg de mooiste “Lookout’s” en andere prachtige plekken zoals de “Leura Cascade & Falls”. In de bus troffen we een echtpaar uit Melbourne van in de 80 dat ook aan het hoppen was. We raakten in gesprek en op het eind van de rit bleken het geemigreerde Hollanders te zijn. Al 55 jaar geleden waren zij vertrokken uit Delden ( Ov.) Zij wilden ons hun hele levensverhaal vertellen maar wij moesten helaas de bus verlaten. We zullen nooit weten of dit helaas voor hun of helaas voor ons was. Desondanks een ontmoeting die het noteren waard is. Morgen verlaten we de Blue Mountains. We gaan dan beginnen aan de lange rit naar Cairns. Wat we onderweg tegen komen zullen we melden.


28/11
We hebben het de afgelopen 2 dagen getroffen in de Blue Mountains. Toen we vanmorgen vertrokken viel er motregen en het was nog maar 14 gr. Toch hield de regen al na een half uurtje op en we namen richting het noordwesten een prachtige route dwars door de Blue Mountains. De bergweg was afwisselend en na een paar uur rijden kwamen we in farmgebied.
Weer een uurtje verder reden we de “Hunter Valley” in en kwam de temperatuur al weer dik boven de 20 gr., dit gebied staat bekend als een van de betere  wijngebieden van Australie. Onderweg zagen we ook grote gebieden waar steenkool in dagbouw werd gewonnen. Gigantische afgravingen die het landschap danig overhoop gooien. Langs de weg die wij reden zag je om de zoveel km een groot bord van aktievoerders die het publiek er op wees hoe slecht de mijnbouwonderneming bezig was met het milieu en dat verdere uitbreiding gestopt moest worden. Je vraagt je af hoe hier de maatschappij en het bedrijfsleven elkaar verdragen, e.e.a. zal zeker niet getoetst worden aan Europese wetgeving. Onderweg zagen we overal de Jacarandes bloeien, soms grote bomen vol met blauw-paarse bloemen. (hoop er morgen een foto van te kunnen maken)
Een andere prachtige opvallende bloeiende struik is de "Bottlebrush"(hoe zouden ze toch op die naam komen)
Ook viel het op rond de plaats Scone ("Capitol City of the Horse") dat er zoveel stoeterijen  waren, grote beveiligde toegangspoorten, kapitale villa’s en tientallen ha’s land ,verdeeld in afgerasterde weilanden met paarden.
Na zo’n 450 km gereden te hebben kwamen we aan in Tamworth, “Capitol City of Country Music”.
We hebben een geschikt motel gevonden, zoeken straks een  restaurantje en zijn benieuwd of er ook Country Music gespeeld zal worden. Over een paar uurtjes (12:00 ned.tijd gaan we nog even skypen met het thuisfront omdat er alwéér een jarige is , ditmaal kleindochter Inge die 4 jaar is geworden en a.s. maandag eindelijk naar de basisschool mag.


29/11
Vandaag hadden we iets minder km’s voor de boeg, we zitten in een motel nabij Balina en hebben 350 km gereden. Nog steeds mooi weer met een temperatuurtje van 28 gr. Vanaf Tamworth was het ruim een uur rijden naar Armidale waar we een ontbijtje hebben genomen. Het beviel ons bij andere vakanties heel goed om na een kop koffie in het motel eerst een tijdje te rijden en dan pas een “brunch” te nemen. 
Onderweg kwamen we uiteraard weer de bloeiende Jacarandas tegen en nu ben ik er even voor gaan staan en heb er een op de foto. Gek eigenlijk dat je er zo veel tegen komt in Australie want het is van oorsprong een Zuidamerikaanse boom . Ze zijn prachtig en gedijen goed in het Australische klimaat. 
Na Armidale kwamen we opnieuw in bergachtig gebied. Zelf  vindt ik bergritten altijd fantastisch maar Afra zat af en toe met de billen te knijpen. We beschikken over een prettig karretje, een Toyota Corolla, voorzien van airco en automaat.
De beloning om voor deze “scenic route” te kiezen bestond er uit dat we konden zien hoe een paar veedrijvers een kleine kudde koeien aan het verweiden was. Tijdens het voorbij rijden zagen we de kudde wel, maar het vroeg om ruim 1 km twijfel voordat ik de auto omdraaide en terug gekomen bij de plek zagen we pas het riviertje dat overgestoken moest worden. Het leverde een mooi plaatje op.(klik er maar eens op voor een vergroting, 2x klikken voor nóg groter)


30/11
We vertrokken voor een ritje van een kleine 100 km naar Byron Bay. Het is een leuk plaatsje aan de Pacific Ocean die we voor het eerst weer zagen sinds het aanvliegen van Sydney.
Aan de boulevard vonden we een mooi plekje met uitzicht op het strand voor ons ontbijt, hebben wat rond gelopen en daarna verder gereden naar Surfers Paradise. Aan alle hoogbouwhotels te zien vinden veel mensen dat je hier geweest moet zijn. Hier hebben we dus wat langer rondgelopen langs het strand. 
We hebben gelachen om een grote groep Japanse Highschool studenten die in klasjes surfles kregen. Verderop had de plaatselijke Hilton activiteiten georganiseerd voor een groep gasten. Behalve een soort van strandestafette was er ook een afvalrace,( zie : http://www.youtube.com/watch?v=oQvhc-RB0LY ) er was bij elke run één stok minder dan het aantal mensen en leverde prachtige taferelen op. 
Het viel op dat er slechts op een paar afgebakende plekken gezwommen mocht worden. Circa 30 mtr. tussen 2 vlaggen en streng bewaakt door de Lifeguards. Dit deed me direct denken aan het verhaal van 25 jaar  geleden toen broer Jan hier bijna verdronk terwijl zijn reisgenoten niets vermoedend op het strand lagen. Hij heeft het toen na een lang gevecht met de stroming kantjeboord gered en kon het na vertellen. Wij hebben vandaag alleen maar pootje gebaad. We voelden ook geen behoefte om in een van de hoteltorens een kamer te boeken en zijn door gereden naar Brisbane. 
Onze Lonely Planet en TomTom brachten ons binnen de  kortste keren bij het juiste motel aan de zuidoever van de Brisbane River op “Kangaroo Point” waar we halverwege de middag aankwamen.
Vandaar liepen we in 5 min. naar de Riverferry die ons naar het bruisende hart van de stad bracht. 
Er was veel moois te zien, maar tóch vinden wij de Harbour Bridge van Sydney véél imposanter.


1/12
Gisteren probeerde de zon af en toe door het wolkendek te breken en als dat even lukte ging de temperatuur onmiddellijk van 26 naar 30 gr. Vannacht heeft het geregend, toen wij wakker werden was het zwaar bewolkt en nog maar 22 gr. Wat ons betreft prachtig weer om te rijden.
We gaan naar Hervey Bay en dat is 300 km verder naar het noorden. Onderweg werden de buien wat talrijker en toen we eenmaal in Hervey Bay waren aangekomen werd de regen continu.

We vonden een leuk motel aan de “Esplanada”, kregen een verwijt en een grijns van de eigenaresse omdat we regen hadden meegenomen. Zij had echter ook een verrassing voor ons, het bleek hier in Queensland 1 uur vroeger te zijn, dus het tijdsverschil is nu 9 uur. De weersverwachting voor morgen is een enkel buitje, dus we namen de gok en boekten voor 2 nachten de kamer en gelijk voor morgen een trip naar Fraser Island. Deze trip werd ons vanmorgen ten zeerste aangeraden door Bas ,onze vriend uit Melbourne (Montrose). We zien hem en zijn ouders Loes en Wessel vóór we vertrekken naar Auckland. Gisteren kocht ik voor onze reserve gsm een Australisch sim-kaartje en had het nieuwe nummer even naar Melbourne gemaild. Het was erg leuk dat hij vanmorgen onmiddellijk belde. Morgen zal ik vertellen of we over de trip en ook over het weer tevreden waren.


2/12
Om 07:30 stonden we te wachten op de pick-up bus die ons naar de veerboot zou brengen.
We moesten schuilen voor de regen, maar dat was ook meteen de laatste bui vandaag.
Nauwelijks op de ferry, die ons in een half uurtje over bracht, brak de zon door en die is vandaag niet meer weg geweest. We zijn dus afgegaan op het advies van Bas en hebben op Fraser Island een 4wheeldrive tour geboekt. De 2 Hummers die dagtochten doen waren volgeboekt, ze waren trouwens prijzig maar ik kon dus niet eens meer in de verleiding komen. Alle andere SUV’s doen alleen de 2 en 3 daagse tours, zodoende bleef alleen de 4wheel bus dagtour over. Dat was toch geweldig omdat je eigenlijk niet van die mastodonten verwacht dat ze zó wendbaar zijn, of hadden wij een behendige guide/driver? Met enig geluk hadden wij de voorste plaats in de bus bemachtigd en keken frontaal door de voorruit naar het zandspoor in het regenwoud van Fraser Island. Jawel het is regenwoud (er valt +/- 3000 mm. per jaar), het eiland is ruwweg 30 bij 100 km en is in zijn geheel van zand opgebouwd. Het is daarmee het grootste zandeiland ter wereld. Het was ooit volledig bebost, na de 2e wereldoorlog is het nagenoeg volledig ontbost vanwege de grote behoefte aan hout. Er waren sindsdien enige herbeplanting- programma’s, maar eigenlijk is de natuur op eigen kracht er weer bovenop gekomen, momenteel is het een nationaal park en beschermd.  Neemt niet weg dat iedereen met eigen SUV de veerboot kan pakken en zich uit mag leven op de aangegeven zandpaden. Wij hebben in totaal zo’n 130 km gereden op het eiland, te beginnen met een tochtje naar het infocentrum middenin het regenwoud waar ons het een en ander over de flora en fauna werd bijgebracht. Daarna een rit dwars door het midden van het eiland richting strand aan de oostkust. De rit moet je voorstellen als volgt : veiligheidsgordels om, vol gas, bochten en kuilen, gewoon 40 á 50 km/uur rijden, heen en weer geschud worden, lachen gieren brullen (onmogelijk om fatsoenlijke foto’s te maken),  maar ook af en toe stoppen bij een bijzondere boom of plant.
Bij het strand aan gekomen kregen we eerst een lunchbuffet. Daarna het strand op dat aan de oostelijke kant van het eiland een lengte heeft van 75 km. Hiervan zit 35 km in de planning van de tour.
Het doel van de strandrit was het scheepswrak van de “Maheno”, een cruiseschip uit 1905. Het werd in 1935 van Melbourne naar Japan gesleept om te worden gesloopt toen het in een cycloon terecht kwam en voor de kust van Fraser Island verging.(er zitten nog 4 verdiepingen onder het zand ) Het wrak ligt op ongeveer 30 km rijden. Met een gang van 85 km /uur ( kan Sjaak Pronk zich dit voorstellen ? ) waren we er dus heel snel.

Een ander doel om te zien waren de merkwaardig gevormde zandduinen die bovendien laagjes verschillende kleuren zand bevatten.
Na de fotosessie reden we terug en op een bepaald punt weer dwars het eiland overgestoken, maar halverwege bij “Lake Mackenzie” (het grootste en één van de 53 zoet water meren van het eiland) gestopt om een uurtje te zwemmen. Het zand was hier vreemd wit van kleur en uiterst fijn, het zou zó een zandloper in kunnen. Rond 18:00 uur werden we voldaan afgeleverd bij ons motel. Morgen is ons reisdoel Rockhampton.


3/12
In tegenstelling tot gisteren, toen we vanwege de trip alleen maar crackertjes met smeerkaas als ontbijt hadden, hebben we vandaag onderweg in het plaatsje Gin Gin weer normaal ontbeten. De Bruce Highway voerde ons vandaag 400 km noordelijker en onderweg viel het op dat er zoveel gaten in de weg zaten. Er waren aardig wat waarschuwingsborden die ons er op attendeerden (“beware of potholes”) Het schijnt te maken te hebben met de overmatige regenval de laatste tijd in dit deel van het land. Om de paar km troffen we wel een paar wegwerkers aan die met een voorraadje asfalt en scheppen de boel provisorisch repareerden. Vaak stonden ze met z’n drieën, één keer deed het me denken aan “stokstaartjes” in de Afrikaanse Serengeti. Terwijl zijn maten het werk deden stond de derde op zijn schop geleund naar links en naar rechts te kijken of het veilig was. Bij naderend verkeer sprongen zij dan alle drie  terug in de berm. De laatste 100 km vandaag waren heel lastig. De enkele bui bij vertrek was overgegaan tot continu regen en niet zo weinig ook. De “potholes” stonden vol water en waren nauwelijks te zien, het rijspoor in het niet zo beste asfalt ook, dus we weten weer wat aquaplaning is en mijnheer Hertz zal misschien minder blij zijn als de schokdempers van onze auto eerder aan vervanging toe blijken te zijn. 
We zitten nu in een motel in Rockhampton, er is hier niet veel te beleven dus we komen weer aan ons boek toe.
2 uur later :
Hoezo niks te beleven, 250 km westelijk van hier is het afgelopen etmaal 200 mm regen gevallen, de plaats Emerald is nu een eiland. De Bruce Highway noordelijk van hier ter hoogte van Marlborough is gesloten. Dat is precies waar we morgen langs horen te gaan. Volgens de eigenaar van ons motel komt het water snel en is waarschijnlijk ook weer snel weg. De meteoroloog op de tv beloofde voor vannacht en morgen echter weinig goeds. De beelden op het journaal zijn dramatisch. Morgenochtend horen we of we weg mogen. Zo niet, komen we toch een heel eind verder.... in ons boek.


4/12
Vanmorgen eerst maar eens inlichtingen ingewonnen over de toestand van de wegen. De eigenaresse van het motel schatte mijn vragende blik goed in en begon meteen te vertellen dat de hoofdwegen weer vrij waren. Dus dat was een meevaller. Het heeft vannacht  nauwelijks geregend. Onderweg zagen we ook weinig wateroverlast , de meeste regen viel immers een paar honderd km van hier.
Wel waren alle rivieren en beken gezwollen en vol met bruin water.

Onderweg bij een “Roadhouse” koffie en een overheerlijke kipburger als ontbijt genomen. Je verwacht eigenlijk niet dat een Roadhouse (snackbarachtig met benzinepomp) met een schamele keuken in staat is om iets lekkers te maken. Het mannetje glunderde helemaal toen ik hem een compliment gaf. Vandaag kwam er 350 km op de teller. De temperatuur lag gisteren tijdens de regen maar net boven de 20 gr., maar vandaag zijn we de 30 gepasseerd. We zitten in Mackay en de bedoeling was om morgen het Nat. Park “Eungella” te bezoeken. Dit ligt 75 km ten westen van hier, maar dat kan helaas niet doorgaan omdat de wegen in het park nog gesloten zijn i.v.m. de wateroverlast.

Dit ontneemt ons de kans om de Platypus (vogelbekdier) te spotten. Eungella Nat.Park is een van de weinige plekken waar het dier nog voor komt. De foto is dan ook een geleende (Panoramio).
Morgen gaan we naar Airly Beach.

 5/12
De rit naar Airly Beach is maar 170 km. We waren er dus al vóór de middag. Eungella was ook vandaag nog gesloten, had heel interessant kunnen zijn, maar nu kunnen we lekker relaxt de middag door brengen. We konden ondanks het vroege tijdstip inchecken in het hotel dat ik thuis al geboekt had. In combinatie met de 2 hotelovernachtingen had ik voor morgen een snorkelcruise met een catamaran geboekt naar de Whitsunday eilanden en Great Barrier Reef.

In de verte lokken de Whitsunday’s die uit de azuurblauwe zee omhoog steken.
We hebben even gecheckt of morgen alles door gaat (de weersverwachting leek niet al te best), maar volgens de baliemedewerkers is het morgen in deze streek soortgelijk weer als vandaag en dat is prima. Om 10:00 uur was het al 32 gr. en nauwelijks bewolkt.
Ons hotel ligt aan een rustig baaitje met zandstrand en we brengen de middag luierend door.
Af en toe een dip in het lauwe water, dan weer in de zon opdrogen, tijdje terug trekken in de schaduw van de palmen (nogal heet in de zon), tukje doen en dat herhaalt zich zo een paar keer. Straks ergens op de Esplanade een biertje drinken, wie zei ook al weer dat de zondag een rustdag is ? Die had deze keer gelijk.


6/12
We werden om 07:30 opgehaald en afgeleverd bij de “Camira” de catamaran die ons een leuk dagje zou gaan bezorgen bij de Whitsundays, een groep van 74 eilanden tussen het vaste land en het Great Barrier Reef.


Het schip is véél groter dan ik me had voorgesteld. Het is 26m. lang, masthoogte 33 m. , totaal zeil is maar liefst 290 m2 en er gingen 80 mensen mee. Onderweg zoekt iedereen een plaatsje, sommigen binnen, anderen op de “trampoline” aan de voorkant van de kajuit, maar de meesten op de banken langs de railings.
Het was gezellig en al gauw raakten we met allerlei mensen in gesprek. Er was koffie, frisdrank en om half elf presenteerde men een soort van koekjes&cake buffet, onderdeel van de “Morning Coffee”. We kwamen aan bij “White Haven Beach” op een van de eilanden. Hier werden we gedropt om een uurtje te zwemmen. We kregen allemaal een “stingersuite” aan, in deze tijd van het jaar zijn de stingers (nauwelijks zichtbare giftige kwallen) in Queensland zeer gevreesd.
 Na het zwemmen werd de Lunch BBQ gepresenteerd en ging de bar open (bier en witte wijn) . Het was allemaal zeer uitgebreid en lekker.
Hierna vertrokken we voor een uurtje verder varen naar de plek waar gesnorkeld zou worden.
Het snorkelen was hier toch wel iets anders dan in Bali. Dáár waren we de enige 2 mensen (plus de gids) op een van de mooiste snorkelplekken, hier waren we met 80 personen die allemaal het water in willen en in de gaten gehouden moeten worden door de leiding.
Dat gaat met 20 pers. tegelijk in een rubberboot naar het ondiepe water en al snorkelend krijg je af een toe een flipper van iemand anders op je hoofd, bovendien is de visstand en het koraal minder dan in Bali. De echte snorkelfanaten gaan met een zo klein mogelijk gezelschap minimaal 2 dagen er op uit en veel verder het reef op. Maar ok, we hebben weer gesnorkeld en een dag op de “Camira” is meer dan alleen maar snorkelen. De tocht langs de eilanden is zonder meer prachtig.
De foto hierboven laat nog een vermoedelijke reden zien waarom zoveel mensen deze wateren bezoeken !!
Op het eind van de middag werden we nog getrakteerd op een vers fruit&cake buffet (afternoon thee), het kon vandaag niet op en we slaan dus vanavond het eten maar over.
De afgelopen dagen/weken zijn er een paar zaken gepasseerd waar ik nog even op terug wil komen. Bij de wateroverlast, waardoor de Bruce Highway was afgesloten moet men zich bovenstaand plaatje voorstellen (foto van een krantenfoto). Hier was in ieder geval nog sprake van asfalt, gewoon 4 tot 5 uur wachten en je kunt verder. In Eungella Nat.Park waren een paar stukken weg weggespoeld en dat geeft dus een heel ander probleem.Iemand van ons motel zei laatst dat Australie het natste voorjaar meemaakt sinds tientallen jaren!
De 2e zaak waar ik op terug kom is een hardnekkig fenomeen dat ons blijft achtervolgen, Sinterklaas blijkt het voorbeeld van dochter Sandra te hebben opgevolgd en heeft ontdekt hoe leuk het is om mensen downunder die nog in hem geloven te verrassen. Nou Sinterklaas, bedankt hoor !!!


7/12
Vandaag zijn we naar Ingham gereden, 400 km op de teller en Cairns ligt nog maar op 250 km te gaan. Tijdens het ontbijt ergens onderweg het nieuws op de tv gezien. De foto die ik gisteren liet zien is niks vergeleken bij wat zich momenteel afspeelt in New South Wales. Het lijkt wel alsof we vorige week, toen we NSW verlieten richting Queensland op de “flushknop” hebben gedrukt. Bijna dagelijks passeren nieuwe depressies in dat gedeelte van het land en vallen er tientallen mm’s regen. Wat meer landinwaarts zijn dorpen en steden van de buitenwereld afgesloten, parkeerplaatsen bij tankstations staan vol met trucks die niet verder kunnen, winkels hebben lege schappen, oogsten zijn vernietigd, kortom, de noodtoestand is afgekondigd. Iedereen die we spreken vertelt ons dat we net op tijd in noordelijker streken zijn.
We hebben onderweg een pauze ingelast toen we bij het plaatsje Billabong een “Sanctuary” tegen kwamen, soort dierentuin, maar dan anders, het ging specifiek om Australische dieren.
Dan is het onmogelijk om de Koala te negeren en het voeren van de Zoutwaterkrokodil wordt natuurlijk op een spectaculaire manier uitgevooerd.


8/12
Toen we vanmorgen opstonden en de gordijnen open deden zagen we op een stuk grasland achter het motel een hele verzameling Wallaby’s.
Grappig om te zien hoe deze kleine kangaroes ons argwanend aankeken en toen maar met z’n allen weg hupten. We hebben vandaag de laatste etappe gedaan en zitten in Cairns.
Onderweg werd het landschap wat groener en afwisselender dan we gewend waren en naast de eindeloze percelen suikerriet zagen we nu ook bananen plantages. We hadden af en toe een dikke tropische bui waarbij de ruitenwissers het nauwelijks aankonden en zagen dan de temperatuur zo van 33 naar 25 gr. duikelen. Ik had 4 nachten geboekt in het Rydges en we zitten lekker 8 hoog naar buiten te kijken. We hebben besloten om morgen een relaxdag te nemen, we zien wel wat de dag ons gaat brengen.

9/12
Vanmorgen zijn we wat later opgestaan dan normaal, geen ontbijt in het hotel genomen maar kuierend langs de Esplanade kwamen we later diverse restaurantjes tegen waar je veel beter kunt eten voor minder geld. Het was gisteren bewolkt en broeierig warm maar vandaag zonnig en een lekker windje bij de dezelfde temperatuur, veel beter uit te houden.
Aan de zeekant van de Esplanade ziet de oever er aantrekkelijk uit om te zwemmen of pootje te baden. Er zijn 2 redenen om dat niet te doen, het schijnt voor te komen dat zoutwaterkrokodillen zich hier vertonen en de 2e reden ontdekten we later op de middag toen de oever droog viel. Er was een brede strook slik en vanaf de “boardwalk” was het prachtig om te zien hoe dat slik barste van het leven. Slakken met een huis ter grootte en de vorm van een ijshoorntje kropen tussen tientallen soorten krabbetjes en amfibievisjes. We hebben er met plezier een tijdje naar zitten kijken.
Om aan de badbehoefte tegemoet te komen heeft de stad Cairns vlakbij de Marina een prachtig zwembad aangelegd, voor iedereen gratis toegankelijk. We hebben hier later dan ook dankbaar een paar uurtjes gebruik van gemaakt.
100 mr. verder lag aan het water een platform voor helikopters. We hebben er een tijdje gestaan om ze te zien landen en opstijgen. We hebben ook geprobeerd om de verleiding te weerstaan om voor AU$350,- p.p. een half uurtje over het Great Barrier Reef te vliegen en… we hebben de verleiding weerstaan. Wel hebben we net op tijd (de schoolvakanties zijn dan  begonnen) voor zaterdagmiddag een korte tour met een snelle boot naar “Green Island” geboekt . Er is daar ook een kunstmatig eiland, we stappen dan over op een glasbodem boot en kunnen zonder te snorkelen het echte reef zien. Morgen eerst nog even de tour die ik thuis al geboekt had namelijk Cape Tribulation. Daarover morgen meer.


10/12
Om 07:15 werden we opgehaald voor de dagtrip. We waren maar met een klein gezelschap van 8 personen en dat was wel zo prettig.
Cape Tribulation ligt ten noorden van de Daintree River. Er zijn na het passeren van de ferry nog maar een paar wegen die leiden naar de voorzieningen die zijn aangelegd t.b.v. het ecotoerisme. Daarna houdt het op, er gaat alleen nog een gravel road naar het plaatsje Cooktown 100 km verder. 
Verder is het hele gebied ten noorden van de Cape ongeschonden wildernis. De enige +/- 1000 exemplaren nog in het wild levende Cassovari loopvogels (die we helaas niet hebben kunnen spotten) hebben hier hun habitat en natuurlijk de zoutwaterkrokodillen. Behalve deze in het oog springende dieren leeft er natuurlijk van alles wat je in een regenwoud kunt verwachten.
We hebben tot nu toe op verschillende plaatsen regenwoud gezien, maar dit slaat alles. Het is rijker gevarieerd, hoger, natter en veel ouder. Er staan varensoorten en primitieve boomsoorten die in 300 miljoen jaar niet zijn veranderd, het is volgens onze gids alsof de evolutie hier voor deze planten heeft stil gestaan. Vóór de lunch nam een andere gids/stuurman het over en nam ons mee met een forse platbodem voor een tochtje over de Daintree River. (onze gids/chauffeur ging ondertussen de lunch BBQ voorbereiden).
We hadden het geluk om een vrouwtjes krokodil tegen te komen die haar nest kwam beschermen, we zagen een 9 maanden oud krokodilletje van zo’n 40 cm. op een boomstronk liggen zonnen, hing er een klein vleermuisje op z’n kop tussen de bladeren en verderop hing aan een tak boven ons hoofd een vogelnestje met nog net het kopje zichtbaar (pas te zien als je de foto even uitvergroot) van een geel vogeltje. Prachtig om dit allemaal in het echt te zien. Het was vandaag trouwens weer een mooie dag, zonnig en 32 gr. Het is in dit deel van het land momenteel de tijd die aan de regentijd vooraf gaat, dagen met onweer en mooi weer wisselen elkaar dan af, ik denk dat wij het heel aardig getroffen hebben. Als het eenmaal Januari is dan kan het dagen onafgebroken met bakken uit de hemel vallen zegt men. Morgen kunnen we weer op ons gemak de ochtend door brengen, na de middag vertrekt onze boot naar het reef.


11/12
Na een ochtendje rustig aan en wat shoppen lag de boot klaar om ons naar “Green Island” te brengen. De afstand vanaf het vaste land is 25 km en dat wordt in iets meer dan een half uur afgelegd. Er is een hotel, je kunt er duiklessen nemen en uiteraard snorkelen.
 
 Wij hebben alleen maar de “glasbottem tour” gedaan. Als je dit boekt dan vertellen ze niet dat er óók een “semi submarine” is waar  je voor AU$20 p.p. extra een half uurtje in mag. Dit wordt verteld bij het inchecken, het is eigenlijk niet duur en dus doe je dat. De glasbodem is aardig, je ziet echter veel reflectie van de buitenwereld door het glas en de foto’s zijn daarom nagenoeg waardeloos. Daarna komt de semi submarine, dat is echt geweldig, niet gefotografeerd/gefilmd maar wel voorbij zien komen : kleine haai, grote schildpad en een rog, voor de rest zie filmpje. Ze kunnen wat mij betreft de glasbodems opdoeken en alleen maar dit type boot gebruiken. Zakelijk zal het wel goed bekeken zijn, de glasbodem afficheert gunstig en ze zullen waarschijnlijk meer omzet maken. Om half zes zaten we achter ons biertje ergens aan de Esplanade. Al met al was het een mooie middagbesteding. We gaan de koffers reorganiseren, morgen auto inleveren en daarna vliegen. Volgende blog vanuit Alice Springs.


12/12
De auto hadden we ook een paar dagen eerder kunnen inleveren, maar dat leverde te weinig voordeel op, dan hadden we immers een taxi moeten nemen naar de airport en nu was het prettig dat hij beschikbaar was. We hebben 3200 km gereden tussen Sydney en Cairns en dat viel best mee. In Europa hebben we tijdens vakanties wel eens méér gereden. Bij een benzineprijs van omgerekend € 1,- per liter zijn de kosten ook te overzien. We hebben onderweg gemerkt dat de Aboriginals talrijker worden naar mate je noordelijker komt. Ze houden over het algemeen niet van het “koude” zuidelijker klimaat. In Cairns liepen we een shop binnen met alleen maar “Aboriginal art”. Het was interessant te vernemen dat er 240 Aboriginal talen bestaan en dat bijv. de naam voor het houten blaasinstrument, de didgeridoo, voornamelijk gebruikt wordt door niet Aboriginals. Er waren overigens in de winkel prachtig bewerkte didgeridoo’s te koop voor prijzen tot omgerekend € 1500,-
De foto had ik al eerder genomen in de buurt van de Three Sisters, ze verdienen graag een grijpstuiver door op toeristische plaatsen te gaan “optreden”. Vliegend naar Alice Springs zagen we vandaag vanaf grote hoogte de dorre, rood gekleurde “Outback”, fascinerend !! Twee dagen geleden raakten we in de pub in gesprek met een jonge vent die enthousiast vertelde over zijn autorit vorig jaar van Cairns naar Alice Springs, hij had er met z’n maat 6 dagen over gedaan, een grote voorraad benzine, water en levensmiddelen enz. mee en hij vertelde over een droom die hij daarmee had gerealiseerd. Onze indruk van boven af gezien is toch vooral dat dit gemakkelijker gaat. De taxichauffeur die ons van de luchthaven naar het hotel bracht vertelde dat wij heel veel geluk hebben om juist nú hier te zijn. Het is niet te heet (32 gr.) en het heeft de laatste tijd veel geregend waardoor nu alles groen is en er heel veel wilde bloemen bloeien. In januari en februari is het hier 45 gr. zei hij.
In het centrum van Alice kwamen we in de pub een figuur tegen die aardig zijn best deed om op te vallen. Toen de eerste foto mislukte ging hij braaf nóg een keertje poseren. We hebben voor één nacht een kamer geboekt in een hotel, morgen doen we de “3 day Uluru Safari”. We slapen dan 2 nachten op een “campsite”. De nacht daarna weer in het hotel in Alice. Onze trouwe lezers zullen tot die tijd geduld moeten hebben omdat er géén internet beschikbaar zal zijn.


13/12
We werden deze keer om 06:00 uur opgehaald voor een rit van ruim 500 km naar Uluru (Ayers Rock). Voorgaande weken hebben we redelijk “gewone” accommodaties gehad, de safari waar we deze 3 dagen mee bezig zijn is tamelijk basic, maar we wilden ook eens “campsites” meemaken. Cassie, de chauffeuse/gids, gaf e.e.a. al meteen aan door te vragen of we dachten op vakantie te zijn. Niet dus, we zijn “on tour”. Dat betekent alles samen doen, corvee, koken ,afwassen, noem maar op. We zaten met een groep van 16 mensen in de bus, bestaande uit 8 verschillende nationaliteiten en vooral jongeren. Cassie had er gauw de stemming in door iedereen om de beurt naar voren te laten komen in een voorstelrondje. De Stewart Highway is de weg die van Darwin naar Adelaide loopt en wij volgden hem een paar honderd km. Het viel gisteren al op hoe groen het was, maar de hele woestijn is groen en barst van de bloeiende wilde planten. Veel mensen die hier wonen zagen afgelopen maand voor het eerst van hun leven de rivieren stromen. Vegetatie in het “red centre” van Australie is gewoon in staat om tientallen jaren te wachten op regen en dan de draad weer op te pakken door explosief te groeien en te bloeien. Rond de middag hadden we ergens een lunchstop bij een tankstation en het bleek al 39 gr. te zijn. De rode draad van de trip was de bijna streng gecontroleerde regel om per uur een liter water te consumeren. Het is behalve warm ontzettend droog en de hoeveelheid water is puur lijfsbehoud.

 
Op het eind van de middag passeerden we Uluru maar reden eerst een half uurtje door naar Kata Tjuta (The Olga’s). Daar hebben we rondgewandeld zodat we tegen zonsondergang bij een speciale plek aankwamen waar het “wonder” van “Uluru Sunset” kon worden aanschouwd, samen met nog een paar honderd mensen die afkomstig waren van diverse campsites, lodges en resorts. Het is hier een gewoonte geworden om de zonsondergang te beleven met champagne en lekkere hapjes. Je zag dus hier en daar heel luxe uitstallingen bij de touringcars, maar wij deden ook aardig mee. Cassie had 3 flessen bubblewijn meegenomen. Om half acht kwamen we aan op onze campsite, taken werden verdeeld en om half negen zaten we aan tafel. Rond tien uur was alles weer opgeruimd en konden we gaan slapen. 
We zaten er eigenlijk een beetje doorheen, maar besloten om niet direct de tenthuisjes op te zoeken, maar een “swag” uit te rollen (opgerolde matras met canvas bovendek waar de slaapzak dan weer in past) en buiten onder de sterren te gaan slapen. De grootste helft van de groep deed dit en dat was gezellig. Na de Zuiderkruis een tijdje te hebben bestudeerd vielen we zomaar in slaap.


14/12
De wekker ging om 04:00 uur!! Zonsopgang bij Uluru moest bekeken worden. Na een snel ontbijt de bus in en naar (deze keer uiteraard een andere) parkeerplaats. Het was weer een hele happening, Honderden mensen stelden zich op met camera’s om bij het eerste licht te beginnen met de opnamen. Om 06:00 uur was de show over en stond Uluru vol in de zon. 
We zijn toen naar een plek gereden vanwaar we begonnen met een wandeling rond Uluru. Het rondje is 9 km en je doet er zo’n 2 uur over. Onderweg prachtige foto’s kunnen maken van de monoliet dichtbij. Er zijn trouwens plekken waar het fotograferen verboden is. De Aboriginals hebben dat bedongen omdat het voor hen heilige plekken zijn. Vóór tien uur moest de wandeling achter de rug zijn omdat het daarna domweg te heet wordt. (het werd vandaag 42 gr.) Er was nog wel een door een Aboriginal gegidste wandeling van een uurtje georganiseerd ,maar die vond overwegend plaats in de schaduw en was erg interessant.
Na de lunch begonnen we aan een rit van 3 uur naar “Kings Canyon”. Op deze plek bevindt zich een resort waar wij gebruik konden maken van het zwembad en douches. Ons “Bushcamp” was hier niet ver vandaan. 
We hebben weer een heerlijke maaltijd gemaakt en de groepsleden begonnen elkaar al aardig te kennen. Na een uurtje gekke spelletjes werd het bedtijd , maar er was veel bewolking dus zochten we deze keer de tenthuisjes op. Om half twaalf begon het hard te waaien met veel kabaal en we moesten er uit om hier en daar de boel te zekeren. Tegen 2 uur konden we eindelijk de slaap pakken.

15/12
We konden vandaag uitslapen , de wekker ging pas om 04:30 !! Ook nu ging het er om dat de geplande wandeling vóór 10:00 beëindigd zou zijn i.v.m. de hitte. Dat lukte goed, het was licht bewolkt, niet al te heet, (rond de middag 39 gr). 
De wandeling door, over en langs Kings Canyon is prachtig. Moeilijk te bevatten dat het hele Red Centre van Australië 300 miljoen jaar geleden een grote binnenzee was. De fossiele zeekomkommers en schelpen die we passeerden verraden dat echter. Door de werking van 4 grote continentale platen is dit deel van Australië destijds omhoog geperst. Het berglandschap waar we doorheen liepen is feitelijk versteend duin, prachtig!
Na een vroege lunch vertrokken we richting Alice Springs, onderweg geprobeerd het verlangen naar een koud biertje en een bed te onderdrukken en op het eind van de middag waren we terug in het hotel. 
Het was een uitputtende trip maar we hadden het beslist niet willen missen. Morgen gaan we verder uitrusten in de “Ghan” , de trein die ons naar Adelaide gaat brengen.


16/12
Vanmorgen was er voor de verandering geen enkele reden om vroeg wakker te zijn maar we waren het toch. De koffers en rugzakken moesten weer worden gereorganiseerd omdat in de trein de  koffers apart worden opgeslagen en tijdens de reis niet beschikbaar zijn. Daarna hebben we wat rond geslenterd en koffie gedronken in het centrum van Alice Springs. 
Op het afgesproken tijdstip kwam de taxi voorrijden en die bracht ons naar het station. We kregen ons compartiment in de “Ghan” toegewezen en konden ons installeren. De trein vertrok na de middag op tijd en het landschap van het “Red Centre” gleed aan ons voorbij. Daar zit je dan met z’n tweetjes, we waren de laatste dagen wat meer drukte gewend, dus we gingen toch maar eens kijken hoe gezellig het was in het “loungerijtuig”.
De lunch voor de 1e shift (wij zitten gedurende de reis in de 2e) was in het restauratierijtuig al begonnen en wij konden gemakkelijk een plek vinden in de lounge. Het gehalte grijs haar en/of kalend was vrij hoog. Australische gepensioneerden kunnen namelijk tijdens het laagseizoen voor de halve prijs gebruik maken van de treinen en daar wordt gretig gebruik van gemaakt. 
Wij raakten met allerlei mensen in gesprek en de tijd tijdens en na de lunch vloog. Pas na tienen kwamen we in ons compartiment terug van het diner en de steward had onze zitplaatsen omgetoverd tot 2 opgemaakte bedden boven elkaar, dit is toch heel anders dan “bushcamp”, we houden het zo wel vol tot Adelaide.

17/12
De rijdende trein had ons lekker in slaap gesukkeld en na een goede nachtrust werden we gewekt door een klop op de deur van de steward die ons een kop koffie bracht. Bij het ontbijt werden we weer tegenover nieuwe tafelgenoten geplaatst. Best leuk om op die manier allerlei  mensen te ontmoeten. Tijdens het ontbijt passeerden we Port Augusta en het landschap veranderde van Outback naar Farmland. We reden door de graanschuur van Australië en kwamen na de middag in Adelaide aan. Koffers opgehaald en een taxi bracht ons vervolgens naar het hotel dat ik geboekt had nabij het centrum. 
Vanmiddag hebben we de stad bekeken. Er was in het centrum veel te beleven wat betreft straatoptreden, deze jonge dame stond eigenlijk te bibberen in het frisse windje bij 20 gr. , zij wilde het niet echt weten maar haar kippenvel verraadde haar. Het is een stuk frisser dan we de laatste tijd gewend waren.
Ook het straatmeubilair is heel aardig hier. Adelaide staat bekend om de vele parken en kerken, we hebben daar indrukken van maar hadden te weinig tijd om alles te bewonderen. Een vestiging van Europcar is 2 panden naast ons hotel zodat we morgen gemakkelijk de klaar staande auto kunnen ophalen.


18/12
Europcar had de bestelde “midsize” auto niet beschikbaar, dus we kregen een gratis upgrade naar “fullsize”.
Het is een heel prettige Ford Falcon met een nummerbord uit Victoria die dus waarschijnlijk toch terug moest van Adelaide naar Melbourne. We zijn op weg naar Melbourne en we doen daar 3 dagen over. Het was vandaag nog steeds fris genoeg om een lange broek en trui te dragen, ik realiseer me dat onze Europese lezers hier om zullen lachen vanwege de barre weersomstandigheden daar. Onderweg zijn we nog wezen kijken in een vleermuizengrot, onderdeel van het “Naracoorte Caves & Fossile Park” (werelderfgoed). De bijna 30000 vleermuizen bevonden zich in dieper gelegen, niet voor publiek toegankelijke grotten, maar werden via infrarood camera’s en grote schermen aan ons getoond.
 
We zitten nu in een motel in de plaats Penola midden in het Coonawarra wijngebied. We zagen uitgestrekte velden met druiven. Tientallen Wyneries promoten hun producten langs de weg en natuurlijk zijn we ergens gestopt om te proeven. Morgen rijden we naar Port Fairy, een plaats aan de zuidkust waar we leuke herinneringen aan hebben.


19/12
Het was vanmorgen regenachtig en nauwelijks 10 gr. We zijn via Mount Gambier en Portland naar Port Fairy gereden. Een groot gedeelte van het zuiden van de staten South Australia en Victoria wordt ook wel de “Limestone Coast” genoemd. Het gesteente is vrij zacht en in de loop van de miljoenen jaren konden er daarom grotten en “sinkholes” ontstaan.
Gisteren vertelde ik al iets over de grotten, maar de “sinkholes” zijn soms ook prachtig om te zien. Midden in het stadje Mount Gambier bevindt zich zo’n gat in de bodem waar de tuinarchitecten iets bijzonders van hebben gemaakt. We waren tien jaar geleden met z’n zessen in Port Fairy, vriend Bas uit Montrose die we morgen weer ontmoeten, zwager Piet en ik plus onze eega’s. We zijn toen op voorstel van Bas gaan eten in een restaurant waar ze volgens hem een meer dan uitstekende T-bone steak van 900 gram op het menu zouden hebben. De mannen hebben toen (voor de fun) zo’n ding besteld. Ik herinner me nog dat Bas hem aan kon, Piet voor een derde en ik voor de helft. Het vlees was overigens heerlijk. We hebben vanmiddag geconstateerd dat het restaurant nog bestaat, maar inmiddels onder nieuw management een van de beste Italiaanse restaurants in Victoria is geworden (volgens Lonely Planet gids).
Later in de middag klaarde het op en konden we een mooie wandeling maken op het vogelreservaat genaamd “Griffits Island”, dat met een dam verbonden is aan de haven van Port Fairy. Er stond een harde wind die prachtige golven opleverde. We hebben nog niet besloten waar of wat we vanavond gaan eten. Wat we wel weten is dat  we morgen de “Great Ocean Road” gaan rijden op weg naar Montrose.


20/12
De “Great Ocean Road” is niet alleen maar de kustweg ruwweg van Warrnambool naar Torquay, maar bovendien een geweldige toeristische attractie. De kust laat een heel andere vorm van erosie zien dan de eerder genoemde “sinkholes” en grotten. De overeenkomst is de “limestone” waar de natuur vat op heeft. Op een tiental plekken zijn “lookouts” gesitueerd.
 
Het object op de eerste foto wordt “London Bridge” genoemd, het zat tot 1990 aan het land vast en wat nu de open ruimte is was toen een landbrug die instortte. Er stonden toen 2 mensen op het gedeelte uiterst rechts die uren later met een helikopter zijn weg gehaald. Op de 4e foto is een gedeelte van de “12 Apostles” te zien. Het was een prachtige dagtocht en we moesten toevallig toch die kant op. Melbourne ligt aan een bijna gesloten baai met een doorsnee van zo’n 100 km, “Port Philip Bay”. Waar hij aan de onderkant bijna is gesloten  kun je met de ferry in een half uurtje oversteken. Dat hebben we gedaan en na een uurtje rijden kwamen we aan in Montrose. Hier woont onze vriend Bas die we na 8 jaar weer terug zien.
Helaas zit hij momenteel midden in de sores van een scheiding maar we zijn gastvrij onthaald door zijn ouders Loes en Wessel die ook hier wonen.

21/12
Afra had al eens aangegeven dat zij volgend jaar schilderlessen zou willen nemen. Nou wil het toeval dat Loes is gespecialiseerd in het beschilderen van porselein, (zie:    http://www.artdesignunique.com ). Zij geeft niet alleen les hier in Australië, maar wordt ook uitgenodigd om dat te komen doen in Portugal en Nederland. 
Op de foto krijgt Afra haar 1e schilderles. In september, als Loes in Nederland is, krijgt deze les een vervolg in een 3-daagse sessie.
Vanmiddag zijn we wezen buurten in Monbulk, een plaatsje aan de andere kant van de berg. We kennen daar een paar mensen uit het bloembollenwereldje en hebben hen opgezocht.
‘s Avonds hadden we een BBQ, de specialiteit van Bas en hij nam dat klusje graag uit handen van zijn vader. Op de foto lijkt alles zonder handen te gaan, maar ik geef de verzekering dat schijn bedriegt. Bas heeft het momenteel heel druk met zijn baan als Travel manager bij een reisorganisatie die gespecialiseerd is in exclusieve reizen, (zie : http://www.captainschoice.com.au ) direct na de feestdagen gaan er een paar reizen van start en er moet vaak op het laatste moment nog van alles worden bijgestuurd, maar hij is dan als “troubleshooter” in zijn element.

22/12
Vandaag hebben we afscheid genomen van Bas, Loes en Wessel en hebben nog een ritje gemaakt ten noorden van Melbourne.
We hopen maar dat Santa de mensen weet te vinden die bij deze brievenbussen horen. Later in de middag hebben we de auto ingeleverd en hebben een kamer genomen in een hotel op de luchthaven. Hier had ik weer de beschikking over internet. Morgen om 10:00 uur gaat onze vlucht naar Auckland en zeggen we Australië vaarwel. Ik had het net over Santa, het lijkt mij een goed idee om vanaf deze plaats al onze lezers een hele fijne Kerst toe te wensen. Volgende blog vanuit New Zealand!!


23/12
Van Melbourne naar Auckland is het 3,5 uur vliegen,  incl. 3 uur tijdsverschil kwamen we dus aan om 16:30 uur. Deze keer hebben we een auto van een New Zealands verhuurbedrijf en na een telefoontje werden we door hun shuttle opgehaald. Een uurtje rijden later arriveerden we in Raglan waar Afra’s neef Maarten een farm heeft. De familie Koning is in 1954 in New Zealand terecht gekomen. Piet Koning, de broer van Afra’s moeder, kwam toen terug uit Indie en merkte dat het leven in Holland niet meer zo eenvoudig was als hij dacht. Zijn vader opperde toen dat hij maar beter kon emigreren, “en neem je jongste broer ook maar mee” zei hij. Dus Piet vertrok met zijn verloofde Katrien en broer Klaas naar New Zealand en trouwde daar. Ze hebben een hard bestaan gehad tijdens de eerste decennia. Ontgonnen land werd ontnomen en zij kenden veel gezondheidsproblemen. Uiteindelijk zijn ze, mede vanwege het gezondere klimaat, in Raglan terecht gekomen waar ze hun farm konden opbouwen. Er werd ergens voor NZ$ 400,- een huis gekocht, dat werd doormidden gezaagd, op een vrachtwagen gezet en vervolgens op een mooi plekje tegen de berg weer neergezet. Zo kon het gezin Koning (7 kinderen) opgroeien.
Inmiddels zijn de ooms Piet en Klaas overleden, tante Katrien (83) leeft nog en woont bij de  jongste van de 5 zonen op de farm. 
Het oude huis is verkocht en staat gereed om te worden afgevoerd voor een 3e leven.
Iets hoger tegen de berg heeft Maarten, die ook een timmermansverleden heeft vorig jaar een nieuw onderkomen gebouwd. Het contrast is wel erg groot, de afmetingen zijn enorm en het afwerken zal nog wel een paar jaar vergen. Vanwege de naam Koning heeft de schoonvader van Maarten het wel eens gekscherend over “Paleis Soestdijk”. Het rechter gedeelte wordt bestemd voor tante Katrien, het linker voor het gezin van Maarten. Gedeelten van het huis kunnen later worden bestemd voor B&B. en/of familiereünies. De komende dagen is een van de bovenruimtes ons onderkomen. 

24/12
Vanmorgen werden we wakker en hadden meteen een prachtig uitzicht over Raglan en de baai. Dit is echt een schitterende plek om te wonen.
Afgelopen voorjaar hebben we vrienden van Maarten en Mirjam een paar dagen in huis gehad tijdens hun vakantie in Europa. Ze hebben het toen erg naar hun zin gehad en stonden er op dat we tijdens ons verblijf in Raglan een dagje bij hen zouden zijn. Dat hebben we vandaag gedaan. Norris en Janet hebben ons op hun farm rondgeleid en hadden een heerlijke lunch bereid. Ze hebben ons uitgebreid uitgehoord over onze trip (de blog in het Nederlands was voor hen onleesbaar) en we hadden een leuk dagje. Morgen gaan we met z’n allen naar nicht Bernadette voor de kerstlunch, het zal een kleine familiereünie worden.


25/12
Vanmorgen was er geen traditioneel kerstontbijt met eigen kinderen en kleinkinderen, een vreemde gewaarwording, maar het was van de andere kant ook weer leuk om te zien hoe de kleintjes van Maarten en Mirjam niet konden wachten om de cadeautjes onder de kerstboom uit te pakken.
Na het ontbijt hebben we het er nog eens goed over gehad wat hier allemaal aan de hand is. Het was vorig jaar niet langer verantwoord om tante Katrien alleen te laten wonen en het huis van Maarten iets verderop was niet groot genoeg om haar te op te nemen, dus moest er in plaats van het oude huis iets nieuws worden gebouwd waar ze allemaal in zouden passen. Vervolgens werden de plannen en daarmee het nieuwe huis steeds groter. Omdat de familietrust het huis bouwt doen in feite alle kinderen mee aan het project. Maarten kan zich helemaal vrij maken van de farm omdat anderen de 400 koeien melken. Hij heeft 2 Duitse meiden in dienst die samen met broer Piet de dagelijkse gang van zaken behartigen. Desondanks zal de afwerking nog heel veel tijd vergen. 
Afgelopen middag waren we dus bij nicht Bernadette voor een uitgebreide kerstlunch. Ook hier moesten eerst weer de nodige pakjes worden uitgepakt. We hebben gezien dat de kleintjes die we 10 jaar geleden bij neven en nichten zagen bijna volwassen waren geworden. Het werd inderdaad een gezellige reünie.

26/12
Vandaag is het “Boxingday” , In Nederland gewoon 2e kerstdag (hier onbekend), maar in landen van het Gemenebest is het de dag van de paardenrennen en opruimen na Kerst. Traditioneel werd op deze dag de kerstkist (box) geopend. In de kerstkist konden mensen een cadeautje voor de armen stoppen. Wij maken er een relaxdag van en checken onze plannen voor de rest van de week. Ik ben nog even naar de supermarkt gegaan en heb daarna voor de hele familie soep gemaakt.
Een van de cadeautjes was een "knijpkat", Maarten liet zich gewillig door dochter Esther in de mond kijken.
De toekomstige "Lounge" , de hoogwerker is hier bijna klaar.
Morgen rijden we naar Coromandel, het schiereiland op de noordoostkust van het Noordereiland. Als het goed weer is dan is daar een prachtige gelegenheid om te kajakken, maar de weersvoorspelling is niet best… we zullen zien.


27/12
Vanmorgen hebben we na de koffie afscheid genomen van de familie Koning. We hebben 4 nachten een “warm nest” gehad. We zitten nu in een B&B in het plaatsje Hahei. We kwamen rond 15:00 uur aan, maar dat was eigenlijk al te laat. We hadden accommodatie vooruit moeten boeken want we hadden de grootste moeite om iets te vinden. Ik had een lijstje gemaakt met mogelijke onderkomens, de eigenaar van de eerste vertelde dat we 10 min. te laat waren en volgeboekt was. Hij was echter wel zo vriendelijk om voor ons uit te rijden naar de volgende die hij eerst even gebeld had en de laatste beschikbare unit op “hold” had gezet. Daar aangekomen bleek echter dat we opnieuw 2 min. te laat waren. Dus bracht hij ons naar de laatst beschikbare accommodatie in het dorp en daar waren we opnieuw te laat voor de laatste “studio”, maar nog net op tijd voor een kamertje in het huis van de eigenaar. He he, het is duidelijk dat het vakantietijd is in New Zealand. Je ziet trouwens heel veel mensen uit India en China lopen, iets dat 10 jaar geleden nauwelijks aan de orde was. Hahei is maar een klein plaatsje met weinig accommodaties waar toch redelijk veel mensen op af komen vanwege de “hot springs” op het strand.
We zijn er vanmiddag naar toe gereden, maar we waren bepaald niet de enigen. Het is blijkbaar de bedoeling dat je een kuil graaft (sommigen deden het ook voor een ander) en daar dan in gaat zitten. Je moet dan het hete gebubbel onder je achterste wat bijmengen met zeewater en zodoende je eigen "hotspa" creëren. Wij konden de verleiding weerstaan (niet zo heel erg moeilijk als de zwemkleding nog in de koffer ligt) maar merkten wel dat je op bepaalde plekken zelfs je voeten kon verbranden als je niet oppaste. Een andere trekker is de aard van de kust met “Cathedral Cove” als meest opvallende bijzonderheid. Morgen gaan we vanwege het voorspelde ruwe weer niet kajakken maar maken we een boottocht om al dat moois te bekijken. 


28/12
Vanmorgen hebben we volgens afspraak na het ontbijt eerst gebeld met de touroperator om te weten of de tour door zou gaan. Helaas, zelfs de boottocht moest worden geannuleerd wegens de onstuimige zee. We kregen ons geld terug en we zijn een klein uurtje gaan wandelen naar de “Cathedral Cove”. 
De wandeling langs de steile kust leverde wel mooie plaatjes op van de Cove. Daarna kregen we een sms van nicht Bernadette dat zij met haar gezin vanwege de jaarwisseling in Wangamata zou zijn en vroeg ons om nog even langs te komen voordat we helemaal uit het zicht zouden verdwijnen. De drukke vakantieplaats met prachtig surfstrand ligt op ruim 1,5 uur rijden van Hahei en bovendien aan onze route. We zijn er naar toe gereden en konden via het plaatselijke Toeristenbureau de laatst beschikbare B&B boeken. Het bleef de hele dag winderig en regenachtig, maar we konden uiteindelijk rond 6 uur een prachtige standwandeling maken.
Pas laat in de avond namen we afscheid, hebben Bernie en Graig ondanks de Kerstlunch bij hen nog beter leren kennen maar zijn voorlopig weer op ons zelf .

29/12
Vandaag is het reisdoel Rotorua. Dit is een toeristische plaats ongeveer halverwege een vulkanische breuklijn die schuin over het Noordereiland loopt. Het is vandaag prachtig weer en de rit naar Rotorua was heel erg mooi. Bergen, heuvels, bossen en weilanden. Achter elke bocht verscheen een nieuwe “ansichtkaart”. Na 2,5 uur kwamen we er aan. Ook hier was het vroeg in de middag niet meer zo makkelijk om een hotelkamer te vinden. Via de plaatselijke VVV konden we een hotelkamer boeken. Voor morgenavond heb ik via het internet alvast maar een B&B geboekt in de buurt van de plaats waar we morgen willen zijn. 
Rotorua is dus een plaats met veel geothermische activiteit. 
Er zijn gloeiend hete bronnen, geisers, bubbelende modderpoelen en veelkleurige silicium terrassen.
Het plaatselijke toerisme richt zich op deze zaken maar ook op de Maori cultuur en watersport (Lake Rotorua). Waar de Aboriginals in Australië een Afrikaanse achtergrond hebben, (gen onderzoek heeft dat enige jaren geleden bewezen) zijn de Maori’s afkomstig uit Polynesië. Niet alleen de mensen, ook het huidige bestaan is anders, Maori’s hebben veel meer dan de Aboriginals rechten terug gekregen, mede door een vredesverdrag met de Engelsen en hebben veel bezit in vooral land. Het valt ook op in New Zealand dat er veel meer oorspronkelijke plaatsnamen behouden zijn gebleven (ik heb er al een paar genoemd in de blog). Er zijn boeken vol geschreven over deze materie, dus ik zal me verder beperken. Morgen rijden we naar ons onderkomen in het plaatsje Motuoapa ten zuiden van Lake Taupo, maar komen onderweg nog veel moois tegen. Daarover morgen meer.


30/12
Het moois dat we vandaag te zien kregen begon bij “Te Puia”, een Maori cultureel centrum gelegen in een kleine natuurlijke thermische vallei. Midden in de kleine vallei bevindt zich de “Pohutu” geiser. Deze domineert met zijn uitstoot aan stoom en water het hele gebied. Verder zijn er net zulke bubbelende modder- en warm water poelen als waar ik het gisteren al over had. Deze bezienswaardigheid is net als veel andere in dit land in handen van de Maori’s. Na dit bezoek reden we een uurtje verder naar de “Huka” waterval. 
Dit is een van de meest imponerende  watervallen van New Zealand. 10 Jaar geleden liepen we vanaf deze plek langs de Waikato River naar Taupo. We werden daar toen weer opgepikt door onze reisgenoten. Het is een bijzondere wandeling omdat je onderweg tal van zijstroompjes tegen komt die heet water in de rivier lozen. Op het scheidingsvlak is het daar voor menigeen heerlijk baden. 
Vandaag hebben we gebaad in een publiek bad met baden die in temperatuur verschilden. Het was voor ruim een uur een leuke onderbreking. We hebben een lunch genomen op de gezellige  boulevard van Taupo met mooi uitzicht op het grote meer (van noord naar zuid ca. 35 km). Dit meer is de krater van een voormalige vulkaan. De laatste eruptie is al weer een poosje geleden (35000 jaar), maar die is enorm geweest. Op 2000 km afstand van hier is op de bodem van de Pacific Ocean materiaal gevonden dat afkomstig is van Taupo. Op dit moment zitten we in onze B&B en hebben nog steeds uitzicht op Lake taupo. Morgen rijden we naar Wanganui op de zuidkust van het Noordereiland, ik heb de volgende 2 nachten ook maar vooruit geboekt.


31/12
Onze gastheer en gastvrouw waren zeer geïnteresseerd in tulpen. Nou, dat troffen ze, ik wist er gelukkig iets over te vertellen toen we gisteravond terug kwamen van een restaurantje. Het gevolg was wel dat het laat werd en één fles wijn niet toereikend. Ze waren teleurgesteld dat het tulpen-zaadknopje dat ze bewaard hadden volgens mijn uitleg geen enkele kans had om te overleven. Ze hadden geen enkel idee over de productie van tulpenbollen en bloemen en waren nogal onder de indruk van de foto’s die ik ze liet zien vanaf mijn laptop. Dit zijn wel leuke momenten. Vanmorgen kregen we een overheerlijk ontbijt voorgeschoteld en het was alsof we afscheid namen van vrienden. 
Naar Wanganui was het ongeveer 2 uur rijden, maar onderweg passeerden we het “Tongariro National Park” met daarin als grootste blikvanger de vulkaan Ngauruhoe die prachtig tegen de blauwe hemel afstak. Bij het naast gelegen  “Whakapata skifield”,waar je met de auto kunt komen, ben ik een eind omhoog gelopen om een paar mooie plaatjes te schieten. 
Vandaar was de rest van de bergroute naar Wanganui prachtig om te rijden. Onderweg was het weer genieten van de “scenic outlooks”. Iets totaal anders leuk was vergelijkbaar met wat we 10 jaar geleden zagen. Ergens langs de weg begint iemand met het ophangen van een kledingstuk aan het hek en na verloop van tijd hangt er meer dan 100 mtr. 
Toen hingen er over een grote afstand bh's aan het hek, deze plek is kennelijk uitverkoren voor allerlei soorten schoeisel. We zitten nu in een onderkomen vlakbij de stad en zullen daar straks gaan kijken of er op oudejaarsavond nog wat valt te beleven. Morgen rijden we naar Wellington, maar we willen vanaf deze plek al onze lezers alvast het allerbeste wensen voor het nieuwe jaar.


1/1
De rit naar Wellington was minder mooi dan we de laatste dagen gewend waren, maar dat wisten we nog van de vorige keer. Het landschap is een stuk vlakker, maar je moet er nu eenmaal doorheen als van je van A naar B wilt. Na 2,5 uur rijden waren we ter plaatse en hebben eerst de boel even verkend. Morgen moeten we de auto met een volle tank inleveren, dus het ging er even om te weten waar het inleveradres en tankstations zich bevinden. TomTom was ook hier weer erg handig om beschikbaar te hebben en nadat we alles op een rijtje hadden zochten we ons motel op. Daarna kwamen we er achter dat op nieuwjaarsdag alle winkels en bijna alle restaurants gesloten zijn. Een van het weinige waar we terecht konden was het National Museum “Te Papa”. We hebben net als 10 jaar geleden een paar uurtjes doorgebracht in een interessante collectie. Toen was er een vrij grote tentoonstelling gewijd aan de emigranten. Waar ik destijds nogal verbaasd over was is het groot aantal Engelse woorden die blijkens de toenmalige expositie afkomstig zijn van het Nederlands. Er is in de gloriejaren van de VOC (17e en18e eeuw) kennelijk heel wat meer uitgewisseld dan schoten. Het meest in het oog springend vandaag was een octopus van 6 mtr.!! Keurig geprepareerd in een vitrine, dat wel, maar ik had geen idee dat zoiets kon bestaan. Op een film was te zien hoe het gedrocht was gevangen. Toen het in de netten boven water kwam was het nogal nijdig en men gaf het beest gewoon een dikke spuit verdovingsmiddel. Daarna ingevroren en later na ontdooiing konden alle verwarde delen vangnet worden los gesneden. Morgenochtend hebben we dus de Ferry naar het Zuidereiland.

2/2
We gingen als lopende passagiers aan boord en vonden een comfortabele zitplek in de lounge.
De oversteek duurt 3,5 uur, 2 uur voor het oversteken van de “Cook Strait” en 1,5 uur voor de passage van het fjord “Queen Charlotte Sound” (de fjorden in New Zealand heten Sounds). Aan boord konden we ons redelijk vermaken, de tocht door het fjord is op zich al de moeite waard. Op de foto is het zusterschip te  zien die we in het fjord passeerden. Aangekomen in Picton stond iemand ons met de volgende huurauto op te wachten.
We hadden 2 dagen geleden al besloten om de route op het Zuidereiland te wijzigen. We gaan niet naar het “Abel Tasman” National Park, hoewel we weten hoe mooi het daar is om te wandelen en/of te kajakken, maar volgen de oostkust tot Kaikoura. Dit is dé plaats om met een boot de zee op te gaan en met dolfijnen te zwemmen. Het is een grote wens van Afra die ik niet eerder door had (de wens bedoel ik). We hebben ons 2 dagen geleden op de wachtlijst laten zetten en hopen morgen een plek te krijgen aan boord.  De gastvrouw van de B&B waar we nu zitten wordt gebeld zodra er plaats is. Op de route naar Kaikoura gaat de weg een heel eind dicht onder de kust. Er zijn diverse stopplaatsen ingericht vanwaar de zeehonden zijn te bekijken, een leuke attractie.


3/1
We hadden gisteren 2x geluk, de 1e keer omdat we er nog niet waren toen onze gastvrouw werd gebeld door “Dolphin Encounter” , anders zouden we van de wachtlijst zijn ingedeeld bij de groep die om 06:00 uur vertrekt. Dat zou een beetje erg vroeg opstaan hebben betekend. De 2e keer omdat er ’s avonds opnieuw gebeld werd, maar nu om te worden ingedeeld in de groep die onze keuze zou zijn geweest (als we die al hadden) namelijk vandaag om 09:00 uur vertrekken. Je kunt niet aldoor geluk hebben, maar wij mogen echt niet mopperen.
Het was vandaag een uitgelezen dag om de zee op te gaan. Zonnig, een graadje of 24 en weinig of geen wind. Alvorens we naar de boot werden gereden zijn we uitvoerig gebrieft en werden de wetsuites aangemeten. Na een half uurtje varen arriveerden we in het deel van de baai van Kaikoura waar de +/- 2 duizend “Husky Dolphins” zich plegen op te houden. Het schijnt onvoorspelbaar te zijn waar de wilde dolfijnen zich elke dag vertonen. Soms doen ze dat niet omdat er Orca’s in de buurt zijn of omdat het ook voor hen blijkbaar niet altijd mooi weer is. Vandaag was het “feestdag” voor de dolfijnen, zelfs de gidsen waren uitgelaten over het grote aantal dieren dat zich door ons wilde laten entertainen (niet andersom). Het is volgens de gids de bedoeling om in het water liggend de aandacht van de dieren te trekken door rare geluiden te maken. Het is mij een raadsel hoe dolfijnen het verschil weten tussen rare en gewone geluiden, ik heb volgens mij gewone geluiden gemaakt maar ben er niet zeker van of de dolfijnen dat ook vonden. Er was in ieder geval reactie, de dieren draaien een poosje rondjes om je en gaan dan weer verder. We werden in totaal 4 x losgelaten te midden van een grote groep. De dieren verplaatsen zich nogal veel sneller dan wij en daarom werden wij telkens aan boord geroepen als de afstand te groot werd. Sommige dieren bleven uit nieuwsgierigheid wel in de buurt, maar ja, een enkel dolfijntje is natuurlijk niet voldoende tot de verbeelding sprekend. Na een paar uur zat het festijn er op en vertrokken we na een fantastische ochtend richting de haven. Ik had een digitale foto/videocamera gehuurd en was natuurlijk erg nieuwsgierig naar het resultaat. Dat viel me helemaal niet mee. Voor digitale foto’s ben je bij de snelle dolfijnen eigenlijk altijd te laat (1 sec vertragingstijd), dus heb ik vooral gefilmd en haal daar later nog wel eens een keer “snapshot’s” uit. 
Er zit aardig filmmateriaal bij maar daar is alles mee gezegd. We zijn vanmiddag verder naar het zuiden gereden richting Christchurch en zitten nu in een motel in het plaatsje Rangiora. Morgen bezoeken we een voormalig Noordhollandse veehouder die we kennen van 10 jaar geleden, maar er zijn ook een paar gezamenlijke familiebanden. Het wordt vast een leuk weerzien.

4/1
Aad Schouten was 10 jaar geleden net uit Zwaagdijk naar het district Canterbury in New Zealand geëmigreerd toen wij hem en zijn gezin ontmoetten. Hij zou hier 1000 koeien gaan melken, maar in 10 jaar is er veel gebeurd. De farm is ongeveer verdubbeld, op ruim 1000 ha deels gehuurd land worden nu 2500 koeien gemolken. Afgelopen voorjaar is de farm gesplitst, zijn Aad en Marja terug getreden en hebben de 2 zoons nu ieder hun eigen farm. Gisteravond had ik gemeld dat we vanmorgen op de koffie zouden komen en stonden dus rond 10:00 uur voor de deur. We kregen een hartelijke ontvangst en hebben uitvoerig bijgepraat over koeien en bollen (de dames hadden het geloof ik ergens anders over). Aad is aardig op de hoogte van de bollenteelt en broeierij omdat hij op de boerderij in Zwaagdijk (nog steeds in zijn bezit) land verhuurt aan zijn zwager Klaas Schouten (aan insiders welbekend). 
We kwamen er niet onderuit om de lunch met hen te gebruiken en hebben daarna een rondrit gemaakt over de farm. Het was een warm weerzien en na tweeën zijn we toch nog maar wat kilometers gaan maken. Onderweg weer langs hele mooie plekjes gereden en nu zitten we in de plaats Geraldine in een motel (deze keer mét internet) te genieten van een glas wijn. Morgen rijden we naar Wanaka


5/1
Het was vandaag druilerig weer, de rit naar Wanaka was daarom een klein beetje minder mooi.
De bergtoppen waren uit het zicht verdwenen, maar daar voor in de plaats hebben de laaghangende wolkensluiers ook iets bijzonders, het is natuurschoon van een andere orde.
In dit gebied bloeien overal de wilde Lupinen langs de weg, dit levert af en toe prachtige plaatjes op.
Onderweg passeerden we Lake Tekapo. Hier staat bij de Church of the Good Shepard een standbeeld van een Collie. Dit beeld is een eerbetoon aan deze hond die onmisbaar is in het land van het schaap. Geschat wordt dat per inwoner van NZ meer dan 10 schapen rondlopen. Hier in de Mackenzie Country worden vooral Merino schapen gehouden waarvan de hoog kwalitatieve wol wereldwijd bekend is. Na Lake Tekapo kwamen we bij Lake Pukaki. Samen met Lake Ohou ontvangen deze meren water uit het centrum van de Southern Alps, waaronder Mount Cook. Via “Hydro Canals” en 8 dammen in dit gebied zorgen zij samen met de hydrocentrales in Fjordland voor voldoende energie voor het gehele Zuidereiland !! 
Op het filmpje is een “spillway” te zien, dit water is op deze plek overbodig, regulering is nodig maar het water komt verderop nog aan de beurt om een turbine aan te drijven.
Wanaka ligt aan Lake Wanaka en is uitgegroeid tot een populaire vakantieplaats. Het is er meestal gezellig druk en we konden vandaag nog net een leuke motelkamer vinden die uitziet op het meer. Na het inchecken en een bezoek aan de supermarkt (we koken zelf als er een keuken bij de kamer is) zijn we naar een bekende attractie van Wanaka gereden : “Puzzling World” (zie : http://www.puzzlingworld.co.nz/ ) Toen onze buurman vorig jaar met zijn gezin naar N.Z. ging attendeerde ik hem hier op als zijnde een prachtige attractie, zelf waren we er nog nooit geweest, we hebben nu ervaren dat je gewoon misselijk kunt worden als je binnen in de schuin gebouwde kamers niet goed je concentratie behoudt. 
Er was ook nog een groot houten labyrint waar we gelukkig de nooduitgang vonden vóór we gek werden maar we hebben ons een uurtje goed vermaakt. Morgen rijden we naar Queenstown en bekijken nog of we daar een nacht blijven of verder gaan.


6/1
Vandaag begon de dag druilerig, maar via regenachtig werd het later op de dag gewoon “hollands pisweer”. Bij het naderen van Queenstown kom je langs de plek waar A.J.Hackett in 1988 het “Bungy Jumping” introduceerde. Ik zag het voor het eerst in 1998, toen was het nog redelijk “low profile”, maar als je nu ziet wat er bij de oude brug over het ravijn allemaal is bijgebouwd, het is blijkbaar een miljoenenbusiness geworden.
De sprong van een paar minuten kost maar liefst NZ$ 180,- !! en de mensen staan in de rij. Ik vergelijk het maar met de parachute tandemsprong die ik ooit een keer gedaan heb, het zijn dingen die je één keer in je leven wilt doen en dan maakt de prijs niet zo veel meer uit. Hackett is er multimiljonair door geworden. In Queenstown aangekomen viel de zin in een leuk tripje volledig in het water, we zijn maar wat gaan wandelen in het centrum en hebben daar een replica van de Moa zien staan.
Deze loopvogels hebben miljoenen jaren in 11 soorten dit land bezet totdat de Maori’s kwamen. Die zijn er na zo’n 100 jaar mee gestopt om de Moa te bejagen omdat er nog maar weinig over waren. Binnen 200 jaar na menselijke kolonisatie van New Zealand was de Moa uitgestorven. Na de lunch hebben we Queenstown achter ons gelaten en zijn naar Gore gereden. Van hieruit zullen we de komende drie dagen gaan kijken hoe de bollen er voor staan die hier onder meer voor rekening van Gebr.Laan geteeld worden en we brengen Afra’s neef Francis en zijn vrouw Lea een bezoek op hun farm hier in de buurt.


7/1
Na een laat ontbijt, we hadden immers alle tijd, zijn we naar Edendale gereden waar de bedrijfsgebouwen staan van “Triflor New Zealand ltd”, het Nederlands/Nieuwzeelandse bedrijf  dat behalve voor hen zelf ook voor ons en een paar anderen tulpen op contractbasis teelt. Dit bedrijf is voortgekomen uit “New Zealand Tulips ltd” waar Triflor, Gebr.Pronk en Gebr.Laan in participeerden. Om praktische redenen is enige jaren geleden de gezamenlijke ltd opgeheven en is nu alles “Triflor”. We werden hartelijk ontvangen door Ruud, de manager die we alweer een aantal jaren niet gezien hadden waardoor er veel was bij te praten. Er was nog geen bol gerooid, en dat mag gezien worden als een goed teken. Hier en daar sterven de vroege rassen wel af, maar de bodemtemperatuur is vrij laag en het afrijpen van de bollen duurt daardoor wat langer. De laatste voorbereidingen werden getroffen zodat na het komende weekend begonnen kan worden met het rooien van in totaal 75 ha. 
Simco, de Westfriese loonwerker die hier al jaren verantwoordelijk is voor het planten en rooien, was de laatste puntjes op de I aan het zetten en tot mijn verrassing was de ontwerper en fabrikant van de nieuwe rooimachine, Marcel Pronk, zelf bezig deze bedrijfsklaar te maken. Marcel (ook de leverancier van de machines bij ons thuis) is officieel op vakantie in NZ, maar dit werk is voor hem vooral liefhebberij.
Omdat het vandaag guur weer was (tijdens de fikse buien was het amper 13 gr.) zijn we niet het veld ingegaan om naar de bollen te kijken. De weersverwachting voor morgen is goed, er wordt proef gerooid en we zullen dan een rondje lopen om te zien of de oogst nog steeds veelbelovend is.


8/1
Vandaag stond in het teken van “bollen Kijken”,  het is een gebruikelijk ritueel vlak voor de oogst om te bezien of prognoses en/of prioriteiten moeten worden bijgesteld. In de plantmaten die leverbare bollen kunnen voortbrengen wordt dan gekeken hoe het zit.
 
Ik heb met de manager Ruud het grootste deel van de middag besteed om dit onderzoek te doen,  onze bevindingen hebben we besproken en ik heb ze naar het thuisfront gemaild. Voor onze lezers is deze dag minder interessant, maar het meest interessante zit er ondertussen natuurlijk wel op. Morgen hebben we een lunchafspraak met Afra’s neef Francis.


9/1
Alvorens naar Francis te rijden hebben we een mooie rondrit gemaakt in de omgeving.
Op zondagmorgen zie je weinig ander verkeer op de weg en in deze omgeving is het dan een prachtig tijdverdrijf. Francis heeft zijn farm door de jaren heen opgebouwd via het systeem van “sharemilking”. Je kunt hier nog steeds met niets beginnen door je te verhuren als melker tegen een vergoeding die bestaat uit een deel van de opbrengsten. De volgende fase bestaat er uit dat je eigen koeien koopt en jezelf met de koeien aan een eigenaar van opstallen en land verhuurt tegen opnieuw een (in deze fase groter) deel van de opbrengsten. Uiteindelijk kun je land kopen en/of bijhuren en alles voor eigen rekening doen. Goede vakmensen krijgen gemakkelijker een financiering rond dan de minder goede, dat is overal in de wereld hetzelfde, maar de sterke New Zealandse positie op het gebied van de melkveehouderij is vooral te danken aan het systeem van sharemilking  wat ongeveer 40% van de totale melkveehouderij beslaat.
Neef  Francis is voor 1/3 eigenaar van de huidige farm, de 2e eigenaar is zijn broer Maarten uit Raglan en de 3e is vorig jaar overleden. Dat overlijden noodzaakt de broers om de farm te verkopen en af te rekenen, hetgeen onlangs is gebeurd. Zij moeten 1 juni de farm verlaten en samen iets anders hebben gevonden voor de 400 koeien die zij nu melken. Zij kijken momenteel vrij ontspannen om zich heen en hebben nog even de tijd om orde op zaken te stellen. Het gesprek tijdens de lunch ging dan ook voornamelijk over de veranderingen die op til zijn. Na de lunch hebben we nog even de farm bekeken en keerden later via een mooie grote omweg terug in ons motel. Morgen gaan we al een klein beetje naar huis, d.w.z. we rijden in noordelijke richting  de kant op van Christchurch, maar onderweg komen we vast nog leuke dingen tegen.


10/1
We zijn onderweg naar Dunedin via Tapanui gereden. Het is een prachtige route om te rijden. 
Er zijn veel melkveehouderijen in dit gebied, maar daar waar het te bergachtig wordt nemen de schapen het van de koeien over. In Tapanui is het bedrijf gevestigd waar ons NieuwZeelandse tulpen avontuur 14 jaar geleden is begonnen. Er is sindsdien heel veel gebeurd (te veel om op te noemen) met dit bedrijf, maar de huidige manager kennen we heel goed vanwege een periode van samenwerking de afgelopen jaren. We hebben dus even de moeite genomen om Perry (zo heet hij) de hand te schudden en te kijken of bij hem de oogst al in volle gang was. We hebben bij een kop koffie even bijgepraat, maar hij had eigenlijk geen tijd. Dat was te zien, het pellen was vandaag net begonnen en Perry moest volop improviseren om de boel aan de gang te houden. We zien dit wel vaker op de eerste dag, als na een paar dagen alles goed loopt dan gaan dingen vaak geroutineerd en kun je wat afstand nemen. 
Daarna zijn we doorgereden naar Dunedin. Deze havenplaats aan de oostkust van het Zuidereiland is de moeite waard voor een kleine tussenstop. We hebben wat gegeten in de binnenstad en aan sommige gebouwen gezien dat er veel Schotse invloeden zijn in de stad. Dunedin werd in 1848 gesticht door de Free Church of Scotland en de naam komt van Dun Eidann de Keltische naam voor Edinburgh. Na wat sightseeing zijn we naar een dorpje iets ten noorden van Dunedin gereden waar ik een B&B gereserveerd had.


11/1
Dit dorp is Port Chalmer’s en is de haven vanwaar elk jaar de Nieuwzeelandse bollen worden verscheept naar voornamelijk Nederland. De containers die voor dit doel worden gebruikt zijn volledig geconditioneerd, d.w.z. dat luchtverversing en temperatuur is geregeld, bovendien zitten er verschillende “klimaatrecorders” in zodat wij achteraf e.e.a. kunnen controleren.
Met uitzicht op de haven hebben we gisteren iets eenvoudigs gegeten in de plaatselijke pub.
Vanmorgen hadden we 350 km voor de boeg voor de rit naar Christchurch. Onderweg kwamen we langs het plaatsje Moeraki dat enige bekendheid heeft vanwege de “Boulders” op het strand. 
Aan elkaar geklonterde stukken rots die voorkomen op schaarse plekken op de aarde ( o.a. ook in Californie) waar het benodigde minerale cement voorhanden is. De ronde vormen zijn zelfs een toeristische attractie geworden. De weg naar Christchurch gaat voornamelijk over vlak terrein en is minder mooi om te rijden. We hebben voor 2 nachten een B&B geboekt in de buurt van de luchthaven, morgen maken we nog een mooie rit naar de plaats Akaroa.



12/1
Akaroa is van oorsprong een Franse vesting uit 1830 op “Banks Peninsula”, het schiereiland ten oosten van Christchurch. Het is gevestigd aan een natuurlijke haven die een vulkanische achtergrond heeft. Akaroa Harbour is feitelijk een uitgebroken kraterwand die toegang geeft tot “French Bay”, wat het hart van de oude krater is. Op de kaart heeft het schiereiland een eigenaardige vorm, zodra je echter de achtergronden kent is het niet meer vreemd. 
We zijn er vanuit de stad via Lyttelton (de grote containerhaven van Christchurch) en een mooie  toeristische route bovenlangs naar toe gereden. Op sommige “Outlooks” op ruim 700 mtr. hoogte was goed het vulkanische karakter van het gebied te zien. Jammer dat we het net als de afgelopen 2 dagen niet zo goed troffen met het weer, het was zwaar bewolkt en op de route bovenlangs reden we ook af en toe in de bewolking. Desondanks was het uitzicht regelmatig grandioos. In Akaroa zelf ben je na een uurtje of zo ongeveer uitgekeken. Er staan mooie houten pandjes die erg Frans aandoen en er zijn leuke winkeltjes.
Veel toeristen vermaken zich graag met de eindeloos geduldige plaatselijke schilder die telkens weer nieuwe portretten voorbij ziet komen. Als het echt mooi weer is kun je diverse trips op het water maken, van een boottochtje in het havengebied tot een trip buitengaats incl. zwemmen met de dolfijnen. (dat kan natuurlijk nooit zo mooi zijn als wij in Kaikoura hebben beleefd :-)) We zijn nu terug bij onze gastheer en gastvrouw in het B&B, we moeten de “Afternoon Tea” met ze gebruiken en zij willen nog wat verhalen horen over onze reis. Morgenochtend verlaten we ons laatste onderkomen om 08:00, leveren de auto in en worden naar de luchthaven gebracht. Om 11:00 vliegen we naar Auckland en vandaar via Hong Kong naar Amsterdam waar we vrijdagmorgen om 06:20 zullen aankomen. We sluiten een prachtige reis af die voor ons heel bijzonder is geweest. Als we morgenmiddag in Auckland opstijgen zal New Zealand aan de horizon verdwijnen en zeggen we dag tegen een prachtig land, of zoals de Maori’s zeiden toen ze honderden jaren geleden vanuit Polynesie aan kwamen peddelen  “Aotearoa” oftewel :
“Het land van de lange witte wolk”

14/1
Het complete nageslacht stond ons op te wachten op Schiphol.
Een warmer welkom thuis is haast niet mogelijk.